Tien jaar geleden was ik onderweg naar een reünie. Ik had mijn medestudenten 25 jaar niet gezien. We hebben nooit daadwerkelijk afscheid genomen. Aan het begin van het eindexamenjaar werd ik ziek. Zij maakten het jaar af en verdwenen uit mijn leven. Wat zou de reünie met mij doen? Had ik hier nog iets af te maken? Ik had geen zin in een potje janken.
Ik was bijna gearriveerd, toen op de radio muziek klonk van nog langer geleden, mijn lievelingslied Belle en Sebastiaan. Het lied van de tv-serie in mijn kindertijd, van het jongetje en de boze stiefmoeder, van de grote witte hond die zijn vriendje was in die koude kille wereld. Met tranen in mijn ogen belde ik mijn zusje: Ellen, luister! Belle en Sebastiaan, waar we vroeger samen naar keken!
Onderweg naar het verleden kwam dit lied voorbij. Ik had het in al die jaren nooit meer gehoord.
Deze week hoorde ik een persoonlijk verhaal over tranen. Welke betekenis tranen kunnen hebben, hoe we ze beleven. Voor veel mensen zijn tranen negatief, het is een uiting van zwakte. Alsof het ‘alleen’ gaat over verdriet. Maar dat tranen meer kunnen zeggen of dat ze ook over iets anders kunnen gaan dan dat, dat was nieuw voor mij. Tranen, zo begreep ik, kunnen ook gaan over schoonheid, over verlangen…
Ik was weer even terug in mijn kindertijd. Ik schijn veel gehuild te hebben en ik heb dat altijd geframed als iets negatiefs. Alsof ik ‘altijd’ verdriet had. Maar was dat zo? Had ik altijd verdriet? Ik kan me dat nu niet meer voorstellen. Ik was een kind. Ik speelde en keek televisie met mijn zusje.
Een kind krijgt het lastig als het woorden moet vinden voor iets waar ze misschien helemaal geen woorden voor heeft. Voor een onbekend gevoel. Hoe brengt een mensenkind met een beperkte woordenschat zichzelf onder woorden? Is een kind überhaupt in staat om verlangens te herkennen en te benoemen? Die diepe stroom in ons waarmee zelfs een volwassene het moeilijk heeft? Waardoor we als grote mensen dingen gaan zeggen die niet gaan over wat we werkelijk willen zeggen: verlangens naar liefde, aandacht, warmte, naar een luisterend oor, een warme schoot. Naar ogen die je aankijken, naar een arm die je omhelst?
Dat mijn tranen ook tranen van verlangen geweest zouden kunnen zijn, dat was nog nooit in mij opgekomen.
De spanning over de reünie en het afscheid, de warme herinnering aan een gedeeld verleden, tranen gaan over meer dan over verdriet. Met dank aan het verhaal deze week kijk ik naar mijn tranen van nu, van rouw. Ook deze tranen veranderen van kleur.