De moed hebben tot spreken


Buitenhof gezien? Het interview met Kitty Nooy, oud-plaatsvervangend hoofdofficier van justitie Den Haag en portefeuillehouder integriteit, over de angstcultuur bij het OM? “Stem en tegenstem zijn net zo vanzelfsprekend als elke dag tandenpoetsen.”

Of Ian Buruma, schrijver, publicist en hoogleraar “We zijn te bang geworden om iets te zeggen. We hebben meer moed nodig.”

Michelle Obama was onlangs in Nederland. Haar vuistdikke boek Becoming ligt te wachten op mijn zomervakantie, op een lange tijd van lezen. Maar de posts en geplaatste dagbladartikelen warmen me op.
Michelle Obama: “Mijn familie wist wat het was om onderschat te worden door onze huidskleur.” Ook in Nederland geldt nog steeds deze wet van onderscheiden en rubriceren. Als er mensen zijn die onderschat worden, zijn het de mensen met een andere kleur dan de doorsnee witte van veel andere Nederlanders. Al jaren vechten jongeren zich omhoog, laten van zich horen, omdat er bijna automatisch wordt geredeneerd: bij jou past een lagere beroepskeuzeadvies.

Mevrouw Nooy sprak zich intern kritisch uit, ook in haar afscheidsinterview toen ze met pensioen ging. “Er werd wel geluisterd, maar vervolgens werd er niets mee gedaan.”
Mevrouw Obama spreekt vrijer nu ze het Witte Huis heeft verlaten. “Tegen vrouwen wordt al gauw gezegd: denk niet te groot, wees niet te luidruchtig. Dan moeten we juist doen, anders krijgen we nooit een kans.”
Meneer Buruma werd ontslagen vanwege zijn té kritische pen. Hij ontving deze week de Gouden Ganzenveer vanwege zijn grote bijdrage aan het internationale politieke debat.

In The Human Condition (1958) onderzoekt Hannah Arendt in navolging van Aristoteles ‘het goede leven’. Dat bestaat volgens haar uit een combinatie van arbeid, werk en handelen. Arbeid is het voorzien in dagelijks levensonderhoud, werk is het produceren van goederen, handelen doen we in de gemeenschap, waar we onze stem laten horen. Arendt waarschuwt voor een maatschappij waarin consumeren en produceren een doel op zich wordt, terwijl het publieke domein (de tussenruimte waar mensen elkaar ontmoeten) steeds meer uit ons bestaan verdwijnt. (Filosofie.nl)

Elke organisatie, bedrijf, instelling, elke leefwereld heeft mensen nodig die stem en tegenstem zien als dagelijks tandenpoetsen. Die de moed hebben om kritisch te zijn en zaken bespreekbaar durven te maken. Niet zozeer de ander aanspreken op wat hij of zij doet, maar uitnodigen voor een goed gesprek. Vanuit wederkerigheid, belangstelling en aandacht. Juist omdat kwetsbaarheid zoveel sterker maakt. Het maakt ons menselijker.

Ria Pool Meeuwsen