Wat is levenskunst volgens Joep Dohmen?


De kortste omschrijving van levenskunst is leren omgaan met jezelf en de wereld. Het verwerven van een persoonlijke levenshouding door na te denken over waar je staat en je wensen en mogelijkheden daarop af te stemmen. Vervolgens is het een kwestie van oefenen. Levens­kunst vereist naast reflectie en evaluatie ook training, variërend van een socratisch gesprek tot meditatie. Het doel is een zekere mate van autonomie of innerlijke vrijheid verwerven. Je leert je mogelijkheden kennen en je beperkingen. Al is die autonomie niet het enige doel, zo zal Dohmen steeds herhalen. Levenskunst gaat ook over kwaliteit: het leven moet zinvol zijn, in overeenstemming met een zelfverworven, morele oriëntatie. Het gaat erom dat je waarachtig kunt zeggen dat je een goed leven leidt. Een dergelijke autonome en authentieke levenshouding komt niet vanzelf. Die vergt vorming – Bildung – en soms pijnlijke zelfanalyse. Wil ik bewijzen dat ik onmisbaar ben?

Je schrijft dat de vrijheid het probleem bij uitstek van de moderne levenskunst is. Als er geen absolute maatstaf meer bestaat voor hoe we een goed leven moeten leiden, zijn we gedwongen dat zelf uit te zoeken. Maar dat is niet eenvoudig. Waar moeten we beginnen?

‘Vrijheid ís het centrale probleem. Jan Terlouw schreef onlangs: geen vrijheid zonder solidariteit. Dat hoor je telkens weer, maar het omgekeerde is het geval. Mensen die niet innerlijk vrij zijn, missen de mogelijkheid om solidair of rechtvaardig te zijn. Juist die mensen zijn te veel met zichzelf bezig. Mij is vaak verweten dat levenskunst of zelfzorg egoïstisch zou zijn. Alsof het alleen om het zelf zou gaan en de ander er niet toe doet. Dat is een enorm misverstand. Van begin af aan heb ik onderscheid gemaakt tussen negatieve en positieve vrijheid. Negatieve vrijheid is gevrijwaard zijn van bemoeienissen van anderen. Dat is wel van belang, maar vormt niet het wezen van de vrijheid. Levenskunst gaat over het bevorderen van positieve vrijheid. Daarin gaat het om de ontwikkeling tot innerlijke vrijheid, zodat je beter weet waar je staat, wat je wilt. Het gaat om een houding – een kernbegrip. Een houding kan nooit worden ontwikkeld zonder dat de ander daarin van meet af aan meespeelt. Een houding impliceert een verhouding tot anderen. Als je innerlijk vrij bent, kun je in de juiste relatie staan tot de ander.

Volgens mij is het het belangrijkste om op de juiste manier actor te zijn van je eigen leven. Om een zekere oriëntatie en coherentie te verkrijgen in de manier waarop je ageert en reageert op anderen of in verschillende situaties. Voor mijzelf is Nietzsche – op wie ik ben gepromoveerd – daarin beslissend geweest. Volgens hem moeten we een eigen houding ontwikkelen, op basis van een zelfverworven hiërarchie van waarden. Uiteindelijk draait het om de vraag of je heer of slaaf bent.
Foucault noemt dat een vrijheidspraktijk: bewustwording van hoe je wordt gedisciplineerd, je daartoe verhouden – en je er zo nodig tegen verzetten. God is dood en wij zijn stuurloze idioten. Hoe vinden we een nieuwe oriëntatie, dat is de kwestie. Kunnen wij zelf vorm geven aan onze gedachten, onze emoties en aan onze eigen wil? Als je doorgaat met een baan waarin je het veel te druk hebt, prima – maar zorg ervoor dat je het ook echt wilt. Bewustwording helpt daarbij.

uit: Filosofie.nl